Nederland heeft zijn pro-Europese koers ingeruild voor een nationaal-populistische houding. Zo isoleren we onszelf in Brussel.
Nederland heeft zijn pro-Europese koers ingeruild voor een nationaal-populistische houding. Zo isoleren we onszelf in Brussel.
Toen ik in 2005 bij Buitenlandse Zaken werkte, schreef mijn afdeling een notitie over nationaal belang en Europese politiek. Nogal wat collega’s trokken een vies gezicht toen ze van het project hoorden. ‘Daar doen we niet aan!’ was de teneur. Het nastreven van nationale belangen ging rechtstreeks in tegen de geest van Europese samenwerking, en daar mocht je als père fondateur van de Europese Unie niet eens over nádenken. De notitie verdween uiteindelijk in een diepe lade.
Hoe anders is de realiteit van vandaag. Nederland trapt in Brussel op de rem wanneer het kan. We hebben jarenlang – in ons uppie – het openen van EU-toetredingsonderhandelingen met Servië tegengehouden, en deden dat vorig jaar dunnetjes nog eens over toen de kandidaatstatus van Albanië en Noord-Macedonië voorlag. ‘Een historische vergissing,’ fulmineerde de toenmalige Commissievoorzitter Juncker over die blokkade, die uiteindelijk in maart dit jaar werd geslecht.
Knoflooklanden
Nederlandse politici en diplomaten traineren niet alleen het uitbreidingsproces, maar zijn ook bijzonder bedreven in het bewaken van de centjes. Ten tijde van de eurocrisis ging minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem er met gestrekt been in om het nationaal belang te bewaken. ‘Ik kan niet al mijn geld aan drank en vrouwen uitgeven om vervolgens om bijstand te vragen,’ zei hij in 2017 tegen een Duitse krant, wat in Spanje en elders werd compleet verkeerd viel. Gedurende de eurocrisis had de grootste krant van Nederland het trouwens ongeneerd over ‘knoflooklanden’ waar ons zuurverdiende geld heen ging.

Premier Rutte heeft er tegenwoordig bijna lol in om de deur dicht te smijten. Tijdens de laatste onderhandelingsronde voor de nieuwe EU-begroting kwam hij in Brussel opdraven met een linnen tasje. De inhoud: een appel en de nieuwste biografie van Chopin (Rutte speelt piano). ‘Meepraten? Ik denk het niet. Ik zou niet weten waarover.’ De Nederlandse Permanente Vertegenwoordiging twitterde zelfs enthousiast over Ruttes tasje als deel van een startpakket voor zuinige lidstaten. Cruciale bondgenoten zagen er de humor niet van in. Bondskanselier Merkel verweet Rutte ‘kinderlijk gedrag’ en President Macron vond het allemaal maar ‘stuitend.’
De blokkerende opstelling van Nederland in Europa bereikt nu een nieuwe climax vanwege de coronacrisis. Samen met enkele andere (kleine) lidstaten gaan we tekeer tegen plannen om door Covid-19 zwaar getroffen landen als Italië en Spanje bij te staan. Onder geen beding mogen zij geld krijgen om hun economie (en samenleving) overeind te houden, wel kunnen ze geld lenen – met daaraan gekoppelde voorwaarden voor hervorming van de economie.
Niemand verwoordde de ‘ons-ben-zuunig-houding’ beter dan een vuilnisman, die tijdens een recent werkbezoek van Rutte aan een afvalscheidingsbedrijf riep vooral géén geld naar Spanje en Italië te sturen. De premier aarzelde even, stak toen zijn duim op, en zei: ‘Ik onthoud dit!’ Wie deze uitglijder ook onthoudt, zijn miljoenen Europeanen: het filmpje werd ondertiteld, was openingsnieuws op het Italiaanse en Spaanse 8-uur journaal en ging viraal, onder meer in Brussel en in Spanje.
Next Generation EU: 750 miljard op tafel
Dit keer krijgt het vermeende slimste, rijkste (denken we zelf) en meest irritante (zo ziet Europa ons) jongetje van de klas echter geen gelijk. Frankrijk is er namelijk in geslaagd Duitsland uit het zuinige kamp te trekken. Vorige week bliezen Macron en Merkel de Frans-Duitse as nieuw leven in door een gezamenlijk voorstel te doen voor een soort coronafonds van 500 miljard euro, dat wordt gekoppeld aan de Europese begroting. Lidstaten zouden hier bijdragen uit krijgen als ze in de coronaproblemen zitten, maar de terugbetaling vindt uiteindelijk gezamenlijk plaats. De Commissie wil hier zelfs 750 miljard euro van maken, als deel van de reddingsoperatie ‘Next Generation EU’.
Nederland gaat, samen met de rest van de ‘vrekkige vier’, onherroepelijk bakzeil halen omdat Merkel 180 graden is gedraaid. Zij was altijd – samen met de rest van Duitsland – tegen coronabonds. Maar nu realiseert ze zich dat er geen alternatief is. ‘Het gaat alleen goed met Duitsland, als het met Europa goed gesteld is,’ zei de Bondskanselier in een historische persconferentie waarin ze het Frans-Duitse plan aankondigde. En ze krijgt voor haar U-turn massale steun uit eigen partij en de rest van Duitsland. Zelfs CDU-havik en oud-Minister van Financiën Wolfgang Schäuble is het met haar eens, hij vindt de Nederlandse houding onbegrijpelijk. ‘Verdere leningen aan lidstaten zijn stenen in plaats van brood.’

Natuurlijk is Nederland onwillig omdat vooral Italië disfunctioneel is (politieke polarisatie, gebrek aan economische hervorming, massale schuld) en de populisten in de nek van de middenpartijen hijgen met de verkiezingen van 2021 in het vizier. Maar als het huis van je buren in brand staat en daar geen blusapparaten hangen – ga je dan op hoge toon eisen dat de buren eerst een contract voor brandveiligheid tekenen, voordat je de brandweer doorlaat? Ook als de fik dreigt over te slaan op je eigen huis?
Want dat is nu iets dat ‘Den Haag’ – of althans de huidige politieke en ambtelijke top – weigert te begrijpen. Gedreig met Nexit van de populaire rechterflank of niet, ons nationaal belang is Europees belang, zeker in tijden van corona. Liefst 71% van de Nederlandse export blijft binnen de Europese interne markt inclusief belangrijke afzetmarkten als Italië en Spanje. En als Zuid-Europa omvalt, eindigt de euro en daarmee de Europese Unie.
Vroeger had Buitenlandse Zaken, naast de afkeer van nationale belangen, een wijzer motto: ‘Zo dicht mogelijk tegen de Duitsers aan zitten.’ Zeer verstandig gezien de politieke en economische verknooptheid van ons land met de grote buur in het oosten, en actueler dan ooit.